Voor het gebruik van de Wi-Fi-functie is het misschien nodig om bepaalde instellingen op de camera en de smartphone (of computer) uit te voeren.
Registratie van de toegangspunten waarmee verbinding gelegd kan worden (draadloze LAN-router)
Verkrijgen van een dynamische DNS-account
Instellen van de account op deze camera
Het e-mailadres van de afzender instellen
Registreren van het e-mailadres van de ontvanger
Menu-instellingen
Instelling |
Nadere bijzonderheden |
INST. BUITENMONIT.
|
Bepaalt verschillende instellingen gerelateerd aan Bewaking van buitenaf.
WACHTWOORD (Standaard: ”0000”) Selecteert het wachtwoord voor toegang tot de camera.
UPnP (Standaard: ”AAN”) Stelt het UPnP van de camera in. ・ UIT: Schakelt UPnP uit. ・ AAN: Schakelt UPnP in.
DDNS-INSTELLING Bepaalt verschillende instellingen gerelateerd aan DDNS.
|
ATTENTIE VIDEOMAIL
|
Voer het e-mailadres van de ontvanger van video-mails in.
|
INST. DETECT./MAIL
|
Bepaalt verschillende instellingen gerelateerd aan e-mails met berichtgevingen.
E-MAIL ONTVANGER Voert het e-mailadres van de ontvanger van e-mails met berichtgevingen in.
DETECTIEMETHODE (Standaard: ”BEWEGINGSDETECTIE”) Stelt de detectiemethode in om de opname te starten. ・ BEWEGINGSDETECTIE: Begint de opname als verplaatsing van het onderwerp waargenomen wordt. ・ GEZICHTSDETECTIE: Start de opname als een menselijk gezicht waargenomen wordt.
DETECTIE-INTERVAL (Standaard: ”10 minuten”) Stelt de tussenperiode in waarna detectie weer ingeschakeld wordt, na de vorige detectie.
ZELFOPNAME (Standaard: ”AAN”) Stelt in of tijdens detectie video´s opgenomen moeten worden op deze camera. ・ UIT: Neemt met deze camera geen video´s op. ・ AAN: Neemt met deze camera video´s op.
|
NETWERKINSTELLINGEN
|
Bepaalt verschillende instellingen gerelateerd aan het netwerk.
TOEGANGSPUNTEN LAN-instellingen van toegangspunten (draadloze LAN-router) toevoegen, wissen of uitvoeren.
INST. WI-FI DIRECT Bepaalt verschillende instellingen gerelateerd aan directe bewaking. ・ WACHTWOORD Stelt het wachtwoord voor directe bewaking in. OPGELEGDE GROEPSEIG. (Standaard: ”AAN”) Stelt in of er om verificatie van de groepseigenaar gevraagd wordt. ・ UIT: Stel dit in als de verbinding met apparaten die Wi-Fi Direct ondersteunen mislukt. (Als de waarde wordt ingesteld op UIT, wordt de verbinding met apparaten die geen Wi-Fi Direct ondersteunen uitgeschakeld.) ・ AAN: Gewoonlijk wordt aanbevolen om dit in te stellen.
MAILINSTELLING Registreert de e-mailadressen van de afzender en ontvanger.
MAC-ADRES Toont het MAC-adres van de camera. (Het bovenstaande voorbeeld toont het MAC-adres bij aansluiting op een toegangspunt, het onderstaande tijdens directe verbinding.)
INST. VIA WEBBROWSER Maakt het mogelijk de camera via een webbrowser in te stellen.
INST. BLOKKEREN Stelt een wachtwoord in, zodat anderen de netwerkinstellingen niet kunnen inzien.
INITIALISATIE Zet alle netwerkinstellingen terug naar de standaardwaarden.
|