Waarschuwingen over gebruik bij lage temperaturen

De prestaties van de batterij dalen tijdelijk wanneer de temperatuur -10°C tot 0°C is waardoor de resterende opnametijd verkort wordt.

Opladen is niet mogelijk wanneer de omgevingstemperatuur lager is dan 10 °C.

Het inschakelen van de camera terwijl deze nog steeds koud is, zal de prestatie van de LCD-monitor verslechteren. Problemen zoals het tijdelijke donker worden van het scherm of restbeeldeffect kunne optreden.

Als sneeuw of waterdruppels aan de camera kleven in een omgeving met temperaturen onder nul kan er ijs ontstaan tussen de openingen rondom de toetsen, luidspreker of microfoon. Dit veroorzaakt moeilijkheden bij het bedienen van de toetsen en een vermindering van het volumeniveau.

Bij direct contact met blootgestelde metalen delen bij koude temperaturen kan het zijn dat de huid aan het metalen deel blijft plakken wat resulteert in verwondingen zoals bevriezing. Niet aanraken met blote handen.