Als u geen geluid hoort uit één van beide kanten van de oortelefoon of de hoofdtelefoon kan niet worden aangesloten op het apparaat, zou het herstellen van de oortelefoons naar de oorspronkelijke staat mogelijk het probleem kunnen oplossen.

Informatie over alle gekoppelde apparaten zal worden gewist (geïnitialiseerd). Voer het koppelen opnieuw uit vanaf het begin.

Begin met het verwijderen van de registratie-informatie van dit toestel uit de BLUETOOTH-instelling op het BLUETOOTH-apparaat. Laad de oplaadcassette op.

1Plaats de linker en rechter oortelefoon in de oplaadcassette.

2Wacht een paar seconden en controleer of het opladen is begonnen. Tijdens het opladen gaan de indicatielampjes op de oordopjes branden.

3Terwijl de linker oortelefoon aan het opladen is, raakt u de aanraaksensorgedeelte op de linker oortelefoon aan en houd deze ongeveer 15 seconden ingedrukt. Laat uw vinger los wanneer het linker indicatielampje tweemaal knippert.

Als het indicatielampje niet knippert na het aanraken, herhaal stap 3 dan vanaf het begin.

4Terwijl de rechter oortelefoon wordt opgeladen, houdt u de aanraaksensorgedeelte op de rechter oortelefoon ongeveer 15 seconden ingedrukt. Laat uw vinger los wanneer het rechter indicatielampje tweemaal knippert.

Als het indicatielampje niet knippert na het aanraken, herhaal stap 4 dan vanaf het begin.

5Verwijder de oortelefoons uit de oplaadcassette en plaats de linker en rechter oortelefoon naast elkaar.

De lampjes L en R gaan branden en de stroom wordt ingeschakeld.

6Na een korte tijd begint het L-indicatielampje snel en herhaaldelijk te knipperen. Het rechter indicatielampje knippert elke 5 seconden.

Initialisatie is nu voltooid.

Wanneer het L-indicatielampje snel knippert, zijn de oordopjes gereed voor het koppelen met apparaten. Koppel de oortelefoons met een apparaat. Koppelen (een apparaat registreren)