> Audio/Telefoon > Audiobediening

Audiobediening

Dragen

Identificeer de linker- en rechterzijde van de oordopjes en plaats ze op de juiste wijze.

Er is een verhoogde halve cirkel aangebracht op de L-zijde (links).

Wearing_A50T + Wearing A50T

Links: verhoging

Houd de oordopjes vast zoals getoond op de afbeelding en plaats ze in uw oren.

ear_have_A50T_LR

Richt de ”JVC”-tekst omhoog en pas de positie van de oordopjes aan zodat ze in uw oren passen.

ear_fit_A50T

Er worden standaard oordopjes en traagschuimoordopjes meegeleverd.

De middelgrote traagschuimoordopjes zijn bij aankoop bevestigd.

Kies de meest geschikte oordopjes en maat en plaats deze in uw oren om te genieten van geluid van hoge kwaliteit.

Gebruik van een onjuiste maat van oordopjes kan leiden tot geluidslekken en te weinig basgeluid.

Controleer of de oortelefoon goed bevestigd is, zoals aangegeven in de afbeelding.

Wearing_1-1_A50T

Als het oordopje niet goed is bevestigd, kan het loskomen tijdens gebruik en in uw oor blijven zitten. Als het oordopje in uw oor blijft zitten, wees dan voorzichtig dat u het niet verder in uw oor duwt.

Druk het traagschuimoordopje met uw vingers samen en breng het oordopje in uw oor aan. Let er bij het indrukken van het traagschuimoordopje op dat u het oppervlak niet beschadigt.

Wearing_2_A50T

Vermijd blootstelling van het oordopje aan direct zonlicht en bewaar het niet op hete en vochtige plaatsen, omdat dit verkleuring en verslechtering van het oordopje zal veroorzaken. Als het oordopje lange tijd niet wordt gebruikt, dient u het oordopje voor gebruik eerst te controleren.

Vervang het oordopje als het zijn elasticiteit heeft verloren of vuil, beschadigd of vervormd is geraakt.

Let er bij het vervangen van het oordopje op dat u het niet beschadigt.

Gebruik van de afstandsbediening

Start de muziekspelerapp op het verbonden BLUETOOTH-apparaat op om met het afspelen te starten.

Functions_A50T_U + Functions_ A50T

1x

1x

1 seconde

1 seconde

2x

2x

De functies uitschakelen

Luisteren naar omgevingsgeluid

Ruisonderdrukkingsfunctie

Aanraaksensorgedeelte

Afspelen/Pauzeren (Icon_Play-Pause)

Tik eenmaal snel op de aanraaksensorgedeelte op de linker oortelefoon.

Luisteren naar omgevingsgeluid (Touch & Talk-functie)/de ruisonderdrukkingsfunctie gebruiken/functies uitschakelen

Tik eenmaal snel op de aanraaksensorgedeelte op de rechter oortelefoon.

Wanneer de omgevingsgeluidsfunctie wordt gebruikt, zal het volume van de afgespeelde muziek afnemen en zijn omgevingsgeluiden gemakkelijker te horen met de ingebouwde microfoon.

Het gebruik van de noise cancelling functie helpt voornamelijk om omgevingsgeluiden zoals ruis in een voertuig en het geluid van airconditioners in een kamer te verminderen.

De audiobegeleiding is te horen wanneer de functie wordt omgeschakeld.

Volumeregeling (Icon_Volume-Down/Icon_Volume-UP)

Om het volume te verhogen, tikt u tweemaal snel op de aanraaksensorgedeelte op de rechter oortelefoon.
Om het volume te verlagen, tikt u tweemaal snel op de aanraaksensorgedeelte van de linker oortelefoon.

Wissel naar het volgende nummer (Icon_FF)

Raak ongeveer 1 seconde de aanraaksensorgedeelte aan op de rechter oortelefoon tijdens het afspelen en haal uw vinger van de knop zodra u een pieptoon hoort.

Houd deze knop ingedrukt om naar het vorige nummer of het begin van het huidige nummer te wisselen (Icon_REW)

Raak ongeveer 1 seconde de aanraaksensorgedeelte op de linker oortelefoon aam tijdens het afspelen en haal uw vinger van de knop zodra u een pieptoon hoort.

De muziek keert terug naar het originele volume wanneer een gebruiker de omgevingsgeluidsfunctie uitschakelt. Als u het volume tijdens het luisteren naar omgevingsgeluiden hebt verhoogd, houd er dan rekening dat het volume zal toenemen wanneer u terugkeert naar het afspelen van muziek.

De omgevingsgeluidsfunctie trekt omgevingsgeluiden aan via de ingebouwde microfoon. Door de opening van de microfoon aan te raken, kunt u omgevingsgeluiden horen. Zorg dat u de microfoonopening niet per ongeluk aanraakt of afdekt wanneer u de oortelefoon bedient.

Mic_hole_A50T + Mic hole A50T

Microfoonopening

De omgevingsgeluidsfunctie en de ruisonderdrukkingsfunctie kunnen alleen worden gebruikt wanneer de oordopjes zijn verbonden met een BLUETOOTH-apparaat. Wanneer de oordopjes worden losgekoppeld van het BLUETOOTH-apparaat, worden de omgevingsgeluidsfunctie en de ruisonderdrukkingsfunctie automatisch uitgeschakeld.

De ruisonderdrukkingsfunctie is effectief voor lage tonen, zoals ruis in een voertuig en ruis van airconditioners in een kamer, maar minder effectief voor relatief hoge tonen zoals aankondigingen, gesprekken en toeters in voertuigen.

Wanneer de batterij bijna leeg is, is de audiobegeleiding vanuit de oordopjes te horen.

Wanneer u een film kijkt met de oortelefoons, kan er een kleine vertraging optreden van de audioweergave.

We kunnen niet garanderen dat alle bewerkingen van het BLUETOOTH-apparaat functioneren.