> Bij problemen > Het terugzetten van de instellingen in de originele staat

Het terugzetten van de instellingen in de originele staat

Als u geen geluid hoort uit één van beide kanten van de oortelefoon of de hoofdtelefoon kan niet worden aangesloten op het apparaat, zou het herstellen van de oortelefoons naar de oorspronkelijke staat mogelijk het probleem kunnen oplossen.

Informatie over alle gekoppelde apparaten zal worden gewist (geïnitialiseerd). Voer het koppelen opnieuw uit vanaf het begin.

Begin met het verwijderen van de registratie-informatie van dit toestel uit de BLUETOOTH-instelling op het BLUETOOTH-apparaat.

1Plaats de L (linker) en R (rechter) oordopjes in de oplaadcassette.

2Wacht een paar seconden en controleer of het opladen is begonnen.

Tijdens het opladen gaan de indicatielampjes op de oordopjes branden.

3Houd de knop op het L-oordopje ongeveer 15 seconden ingedrukt. Na 10 seconden ingedrukt te houden, knippert het indicatielampje op het oordopje één keer. Blijf nog 5 seconden drukken totdat het indicatielampje opnieuw knippert en laat vervolgens uw vinger los.

4Houd de toets op het R-oordopje ongeveer 15 seconden ingedrukt. Na 10 seconden ingedrukt te houden, knippert het indicatielampje op het oordopje één keer. Blijf nog 5 seconden drukken totdat het indicatielampje opnieuw knippert en laat vervolgens uw vinger los.

Controleer of de indicatielampjes op beide oordopjes zijn uitgeschakeld voordat u de volgende handeling uitvoert.

5Verwijder beide oortelefoons uit de oplaadcassette en plaats ze weer terug.

De L- en R-indicatielampjes lichten op en het opladen begint.

6Haal beide oordopjes uit de oplaadcassette.

De lampjes L en R gaan 1 seconde branden en de stroom wordt ingeschakeld.

7Na een tijdje zijn de L- en R-oordopjes met elkaar verbonden en het R-indicatielampje begint langzaam te knipperen (één keer iedere 5 seconden). Dan begint het L-indicatielampje snel en herhaaldelijk te knipperen.

De instellingen worden teruggezet naar de oorspronkelijke instellingen (fabrieksinstellingen).

Wanneer het L-indicatielampje snel knippert, zijn de oordopjes gereed voor het koppelen met apparaten. Koppel de oortelefoons met een apparaat. Koppelen (een apparaat registreren)

Zorg ervoor dat de de L- en R-oordopjes zo dicht mogelijk bij elkaar zijn bij het herstellen van de oordopjes naar de oorspronkelijke staat.

Als u uw vinger van de knop loslaat wanneer het indicatielampje voor de eerste keer knippert, worden de instellingen niet volledig hersteld. Alleen de informatie over het gekoppelde apparaat wordt verwijderd.

Als de L- en R-oordopjes niet kunnen worden aangesloten, drukt u nogmaals op de knop op de oordopjes om de stroom uit te schakelen en de handeling vanaf het begin te herhalen.