> Audio/Telefoon > Telefoonbediening
Telefoonbediening
Bediening met afstandsbediening (wanneer zowel de linker als rechter oortelefoon wordt gebruikt)
Identificeer de linker- en rechterzijde van de oordopjes en plaats ze op de juiste wijze. Dragen
Dezelfde bewerking kan worden uitgevoerd door op de aanraaksensorgedeelte van de L- of R-knop te drukken (behalve de spraakassistentfunctie).
Beantwoorden van de oproep
Druk eenmaal snel op de aanraaksensorgedeelte wanneer u een oproep ontvangt.
De oproep beëindigen
Houd de aanraaksensorgedeelte ongeveer 1 seconde ingedrukt tijdens de oproep en verwijder uw vinger nadat u een pieptoon hoort.
Een oproep weigeren
Raak de aanraaksensorgedeelte ongeveer 1 seconde ingedrukt wanneer de oproep wordt ontvangen en haal uw vinger van de knop nadat u een pieptoon hoort.
Schakelen tussen de oortelefoon en de smartphone tijdens een oproep
Tik viermaal snel op de aanraaksensorgedeelte tijdens een oproep.
De spraakassistentfunctie gebruiken (Siri enz.)
Raak ongeveer 1 seconde de aanraaksensorgedeelte op de L-oortelefoon aan wanneer u de telefoonfunctie niet gebruikt, en haal uw vinger van de knop zodra u een pieptoon hoort.
Bediening met afstandsbediening (wanneer alleen de L-oortelefoon wordt gebruikt)
Controleer of de L-oortelefoon goed in het linkeroor zit. Dragen
Beantwoorden van de oproep
Tik eenmaal snel op de aanraaksensorgedeelte op de linker oortelefoon.
De oproep beëindigen
Raak de aanraaksensorgedeelte van de L-oortelefoon gedurende ongeveer 1 seconde aan tijdens een oproep. Verwijder uw vinger wanneer u een pieptoon hoort.
Een oproep weigeren
Raak de aanraaksensorgedeelte van de L-oortelefoon gedurende ongeveer 1 seconde aan tijdens het ontvangen van een oproep. Verwijder uw vinger wanneer u een pieptoon hoort.
Schakelen tussen de oortelefoon en de smartphone tijdens een oproep
Tik tijdens een oproep viermaal snel op de aanraaksensorgedeelte op de L-oortelefoon.
De spraakassistentfunctie gebruiken (Siri enz.)
Raak ongeveer 1 seconde de aanraaksensorgedeelte op de L-oortelefoon aan wanneer u de telefoonfunctie niet gebruikt, en haal uw vinger van de knop zodra u een pieptoon hoort.
Bediening met afstandsbediening (wanneer alleen de R-oortelefoon wordt gebruikt)
Controleer of de R-oortelefoon goed in het rechteroor zit. Dragen
Beantwoorden van de oproep
Tik eenmaal snel op de aanraaksensorgedeelte op de rechter oortelefoon.
De oproep beëindigen
Houd de aanraaksensorgedeelte van de R-oortelefoon ongeveer 1 seconde ingedrukt tijdens een oproep. Verwijder uw vinger wanneer u een pieptoon hoort.
Een oproep weigeren
Houd de aanraaksensorgedeelte van de R-oortelefoon ongeveer 1 seconde ingedrukt bij het ontvangen van een oproep. Verwijder uw vinger wanneer u een pieptoon hoort.
Schakelen tussen de oortelefoon en de smartphone tijdens een oproep
Tik viermaal snel tijdens een oproep op de aanraaksensorgedeelte op de R-oortelefoon.
De spraakassistentfunctie gebruiken (Siri enz.)
Wanneer u de telefoon niet gebruikt, houd dan de aanraaksensorgedeelte op de R-oortelefoon ingedrukt voor ongeveer 1 seconde. Verwijder uw vinger wanneer u een pieptoon hoort.
Dit systeem kan de werking van alle functies van de afstandsbediening niet garanderen.