Instellingen wijzigen

Voor het gebruik van de Wi-Fi-functie is het misschien nodig om bepaalde instellingen op de camera en de smartphone (of computer) uit te voeren.

Registratie van de toegangspunten waarmee verbinding gelegd kan worden (draadloze LAN-router)

Verkrijgen van een dynamische DNS-account

Instellen van de account op deze camera

Het e-mailadres van de afzender instellen

Registreren van het e-mailadres van de ontvanger

Menu-instellingen

Instelling

Nadere bijzonderheden

DIRECTE MONITORING

Configureert verschillende instellingen gerelateerd aan DIRECTE MONITORING.

WACHTWOORD
Stelt het wachtwoord voor toegang tot de camera in.

OPGELEGDE GROEPSEIG. (Standaard: ”AAN”)
Instellen of de groepsvergunningen van de eigenaar wel of niet worden opgehaald.
・UIT: Stel dit in als de verbinding met apparaten die Wi-Fi Direct ondersteunen mislukt. (Als de waarde wordt ingesteld op UIT, wordt de verbinding met apparaten die geen Wi-Fi Direct ondersteunen uitgeschakeld.)
・AAN: Gewoonlijk wordt aanbevolen om dit in te stellen.

HTTP-POORT (Standaard: ”80”)
Wijzigt het poortnummer voor toegang tot de camera.

SCORE OPNAME (Standaard: ”UIT”)
Stelt in of er weergaven van scores opgenomen worden in de video.
Deze instelling is beschikbaar als de Wireless sync. smartphone-applicatie gebruikt wordt.
De opgenomen weergave van de score kan nadien niet gewist worden.

BINNENMONITORING

Configureert verschillende instellingen gerelateerd aan BINNENMONITORING.

WACHTWOORD (Standaard: ”0000”)
Selecteert het wachtwoord voor toegang tot de camera.

HTTP-POORT (Standaard: ”80”)
Wijzigt het poortnummer voor toegang tot de camera.

BUITENMONITORING

Configureert verschillende instellingen gerelateerd aan BUITENMONITORING.

WACHTWOORD (Standaard: ”0000”)
Selecteert het wachtwoord voor toegang tot de camera.

UPnP (Standaard: ”AAN”)
Stelt het UPnP van de camera in.
・UIT: Schakelt UPnP uit.
・AAN: Schakelt UPnP in.

DDNS-INSTELLING
Bepaalt verschillende instellingen gerelateerd aan DDNS.

HTTP-POORT (Standaard: ”80”)
Wijzigt het poortnummer voor toegang tot de camera.

DETECTEREN/MAIL

Bepaalt verschillende instellingen gerelateerd aan e-mails met berichtgevingen.

DETECTEREN/ ATT. MAIL
Selecteert het e-mailadres van de ontvanger voor Detect/Mail.

MAILINSTELLING
Registreert de e-mailadressen van de afzender en ontvanger.

DETECTIEMETHODE (Standaard: ”BEWEGINGSDETECTIE”)
Stelt de detectiemethode in om de opname te starten.
・BEWEGINGSDETECTIE: Begint de opname als verplaatsing van het onderwerp waargenomen wordt.
・GEZICHTSDETECTIE: Start de opname als een menselijk gezicht waargenomen wordt.

DETECTIE-INTERVAL (Standaard: ”10 minuten”)
Stelt de tussenperiode in waarna detectie weer ingeschakeld wordt, na de vorige detectie.

ZELFOPNAME (Standaard: ”AAN”)
Stelt in of tijdens detectie video´s opgenomen moeten worden op deze camera.
・UIT: Neemt met deze camera geen video´s op.
・AAN: Neemt met deze camera video´s op.

VIDEOMAIL

VIDEOMAIL- ADRES
Voer het e-mailadres van de ontvanger van video-mails in.

MAILINSTELLING
Registreert de e-mailadressen van de afzender en ontvanger.

NORMALE Wi-Fi-INST.

Bepaalt verschillende instellingen gerelateerd aan het netwerk.

TOEGANGSPUNTEN
LAN-instellingen van toegangspunten (draadloze LAN-router) toevoegen, wissen of uitvoeren.

MAILINSTELLING
Registreert de e-mailadressen van de afzender en ontvanger.

MAC-ADRES (Media Access Control-adres)
Toont het MAC-adres van de camera.
(Het bovenstaande voorbeeld toont het MAC-adres bij aansluiting op een toegangspunt, het onderstaande tijdens directe verbinding.)

INST. VAN QR-CODE
Pas de Wi-Fi-instelling toe nadat de camera de QR-code leest die gegenereerd wordt door het volgen van de instructie in Uitgebreide gebruikshandleiding.

INST. BLOKKEREN
Stelt een wachtwoord in, zodat anderen de netwerkinstellingen niet kunnen inzien.

INITIALISATIE
Zet alle netwerkinstellingen terug naar de standaardwaarden.